Een dysthyme stoornis (ook wel chronische depressiviteit genoemd en de meest actuele naam is persisterende depressieve stoornis), is een iets lichtere vorm van een chronische depressie. Het feit dat deze aandoening als “mild” wordt omschreven is erg misleidend; omdat de klachten van een dysthyme stoornis er vrijwel altijd zijn en vaak jarenlang of zelfs levenslang aanhouden, kan een dysthyme stoornis minstens zo ontwrichtend werken als een “gewone” depressie. Dit kan gevolgen hebben voor het functioneren op sociaal gebied, het werk of een studie, en de dagelijkse thuissituatie…
“Depressiviteit” is een begrip met vele betekenissen. Eigenlijk een label wat valt te plakken op alles dat tussen een voorbijgaande sombere en neerslachtige stemming, en wanhoop met zelfmoordgedachten inzit. Een klinische depressie wordt pas vastgesteld wanneer de klachten ernstig genoeg zijn en dermate lang aanhouden, dat deze gevolgen hebben voor het functioneren op het werk, het sociale leven, en de algehele gezondheid.
De dysthyme stoornis (chronische depressiviteit) behoord tot de twee stemmingsstoornissen. De symptomen zijn wat minder intens en diepgaand als bij een klinische depressie, echter zijn de klachten wel veel langer aanwezig. Om een dysthyme stoornis vast te kunnen stellen moeten de sombere en neerslachtige klachten minstens twee jaar lang het grootste deel van de tijd aanwezig zijn, tezamen met minstens twee van de volgende klachten: te weinig of teveel eten, te weinig of teveel slapen, weinig zelfvertrouwen, concentratieproblemen, weinig energie en vermoeidheid, gevoelens van hopeloosheid.
De dysthyme stoornis en de “gewone” depressie hebben van nature veel overeenkomsten. We hebben het dan in het bijzonder over de sombere en neerslachtige stemming, de slaapproblemen, het tekort aan energie, en de slechte concentratie.
De eetproblemen, het weinige zelfvertrouwen, en de hopeloosheid, zijn symptomen die corresponderen met de meer ernstige symptomen van een depressie, zoals gewichtsschommelingen, excessief schuldgevoel , en de gedachten aan zelfmoord.
Een dysthyme stoornis wordt vaak als een “milde depressie” omschreven. Echter laten de statistieken en de daadwerkelijke praktijk een geheel ander beeld zien. Dysthymie blijkt vaak een ernstige en zware stoornis, die het dagelijks leven kan verstoren en beperken.
De dagelijkse klachten mogen dan wel minder heftig zijn dan die van een “gewone” depressie, maar door het lang aanhoudende karakter (soms vele jaren tot levenslang) en het gevoel van uitzichtloosheid en wanhoop kan de stoornis uiteindelijk een grotere ontwrichtende werking hebben op iemands leven dan een klinische depressie. Daarnaast blijkt in de praktijk het behandelen van een dysthyme stoornis lastiger van een “gewone” depressie. In de praktijk heeft een groot deel van dystymie-patienten last van bijkomende aandoeningen (comorbiditeit), dit maakt de stoornis hardnekkiger en zwaarder om mee te leven.
De DSM criteria voor het vaststellen van een dysthyme stoornis zijn:
Depressieve stemming het grootste deel van de dag, meer dagen wel dan niet, zoals blijkt uit ofwel subjectieve mededelingen ofwel uit observatie door anderen, en gedurende tenminste twee jaar. N.B.: Bij kinderen en adolescenten kan de stemming prikkelbaar zijn en ten minste één jaar duren.
Er zijn 3 typen dysthymie te onderscheiden:
Vroege dysthymie: eerste symptomen treden op voor het 21e jaar
Late dysthymie: eerste symptomen treden op na het 20e jaar
Dysthymie met atypische kenmerken: de afgelopen 2 jaar reageerde de stemming op gebeurtenissen, of tenminste 2 van de volgende kenmerken zijn aanwezig:
“Depressiviteit” is een begrip met vele betekenissen. Eigenlijk een label wat valt te plakken op alles dat tussen een voorbijgaande sombere en neerslachtige stemming, en wanhoop met zelfmoordgedachten inzit. Een klinische depressie wordt pas vastgesteld wanneer de klachten ernstig genoeg zijn en dermate lang aanhouden, dat deze gevolgen hebben voor het functioneren op het werk, het sociale leven, en de algehele gezondheid.
De dysthyme stoornis (chronische depressiviteit) behoord tot de twee stemmingsstoornissen. De symptomen zijn wat minder intens en diepgaand als bij een klinische depressie, echter zijn de klachten wel veel langer aanwezig. Om een dysthyme stoornis vast te kunnen stellen moeten de sombere en neerslachtige klachten minstens twee jaar lang het grootste deel van de tijd aanwezig zijn, tezamen met minstens twee van de volgende klachten: te weinig of teveel eten, te weinig of teveel slapen, weinig zelfvertrouwen, concentratieproblemen, weinig energie en vermoeidheid, gevoelens van hopeloosheid.
De dysthyme stoornis en de “gewone” depressie hebben van nature veel overeenkomsten. We hebben het dan in het bijzonder over de sombere en neerslachtige stemming, de slaapproblemen, het tekort aan energie, en de slechte concentratie.
De eetproblemen, het weinige zelfvertrouwen, en de hopeloosheid, zijn symptomen die corresponderen met de meer ernstige symptomen van een depressie, zoals gewichtsschommelingen, excessief schuldgevoel , en de gedachten aan zelfmoord.
Een dysthyme stoornis wordt vaak als een “milde depressie” omschreven. Echter laten de statistieken en de daadwerkelijke praktijk een geheel ander beeld zien. Dysthymie blijkt vaak een ernstige en zware stoornis, die het dagelijks leven kan verstoren en beperken.
De dagelijkse klachten mogen dan wel minder heftig zijn dan die van een “gewone” depressie, maar door het lang aanhoudende karakter (soms vele jaren tot levenslang) en het gevoel van uitzichtloosheid en wanhoop kan de stoornis uiteindelijk een grotere ontwrichtende werking hebben op iemands leven dan een klinische depressie. Daarnaast blijkt in de praktijk het behandelen van een dysthyme stoornis lastiger van een “gewone” depressie. In de praktijk heeft een groot deel van dystymie-patienten last van bijkomende aandoeningen (comorbiditeit), dit maakt de stoornis hardnekkiger en zwaarder om mee te leven.
De DSM criteria voor het vaststellen van een dysthyme stoornis zijn:
Depressieve stemming het grootste deel van de dag, meer dagen wel dan niet, zoals blijkt uit ofwel subjectieve mededelingen ofwel uit observatie door anderen, en gedurende tenminste twee jaar. N.B.: Bij kinderen en adolescenten kan de stemming prikkelbaar zijn en ten minste één jaar duren.
- Naast neerslachtigheid, aanwezigheid van twee (of meer) van de volgende:
- slechte eetlust of te veel eten
- Slapeloosheid of juist heel veel slapen
- weinig energie of moeheid
- gering gevoel van eigenwaarde
- slechte concentratie of moeilijkheden om tot een besluit te komen
- gevoelens van hopeloosheid
Er zijn 3 typen dysthymie te onderscheiden:
Vroege dysthymie: eerste symptomen treden op voor het 21e jaar
Late dysthymie: eerste symptomen treden op na het 20e jaar
Dysthymie met atypische kenmerken: de afgelopen 2 jaar reageerde de stemming op gebeurtenissen, of tenminste 2 van de volgende kenmerken zijn aanwezig:
- Flinke toename van het gewicht of de eetlust
- Langdurig slapen (hypersomnie)
- Zwaar gevoel in de ledematen
- Langdurige gevoeligheid voor afwijzing met negatieve gevolgen voor het sociaal of maatschappelijk functioneren.